deel 111 t/m 120

Decoraties voor boeg en achterschip een berkenhouten lat van 3 x 3 x 300 mm.

Decoraties:  Werk zoals altijd de decoratie PD28, PD63, PD22, PD21 en PD6 die we bij deze aflevering hebben ontvangen bij met een vijl. Voorzie de 15 decoraties  van een metaal grondverf en na droging van een goudlaag. Neem de zes kroontjes PD21 en schilder de delen in bas-reliëf rood. Neem nu het onderdeel PD28 en detailleer met witte, rode en blauwe verf het onderdeel zoals foto 9 in de bouwhandleiding. Werk de kleine gaatjes in onderdeel PD63 bij met zwarte verf en de decoraties PD22 met rode, witte en blauwe verf, zoals foto 11 in de bouwhandleiding. Zo zien de geschilderde decoraties eruit foto 1 (A). 

Decoratie boeg en achterschip: Neem vijf kroontjes PD21 en lijm ze op het voorste schot met de bovenkanten in lijn met die van de gouden standbeelden. Boor aan weerszijde van het middelste kroon een gat in het voorste schot met een boortje van 1.5 mm. De gaten zitten op 2 mm van de kroon foto 1 (B). De vier decoratieve elementen PD6 worden aangebracht op de twee buitenste delen op 3 mm aan weerszijden (zie foto 8 in de bouwhandleiding) van de ronde omlijstingen. Lijm decoraties PD21 en PD28 op hetzelfde schot precies in het midden foto 2 (D) tussen de twee middelste omlijstingen. De  decoraties PD63 en PD22 lijmen we in het betreffende vakken onder de bezaansrust aan bakboordzijden foto 2 (A) van de romp. Doe dat ook met de twee laatste decoraties PD63 en PD22 aan de stuurboordzijde foto 2 (B)  van het schip. 

 Lat een vorm geven: Neem de lat van 3 x 3 x 300 mm die bij dit nummer is geleverd en het vormhulpmiddel die bij deel 73 geleverd is. Geef de lat de gewenste vorm met behulp van het vormhulpmiddel. De te gebruiken vorm staat op de foto 1 (C) aangegeven met een pijl, als de lat goed is schilder dan de lat dan met een goudverf. Snij 20 stukjes van 8 mm lang af van het geschilderde profiel lat. Lijm 10 stukjes lat in verticale stand onder de onderste galerij foto 1 (D)aan stuurboordzijde, precies in het verlengde van de pilaren erboven. Doe dat ook met de overgebleven 10 stukjes Foto 2 (C) aan bakboordzijde.

Poortdeksels: Zoals ik al in deel 110 schreef heb ik gekozen voor een open geschutpoort, En heb twee poortdeksels  gemaakt foto 3 die open staan.

Masten en boeg sprieten: We gaan nu de verschillende mastdelen maken met de zes stokken die over zijn van deel 78 en de boegspriet van 10 x 350 mm die bij deel 40 is geleverd. Neem ook de negen dunnere stokken die bij deel 79 geleverd zijn. Volg goed de aanwijzing in de bouwhandleiding om de masten te maken. Gebruik ook het schema van afmetingen en codes die bij dit nummer is geleverd. Als alle mastdelen gereed zijn foto 4 geef ze dan met afplakband een code, zo zijn de mastdelen goed te herkennen. Zo dat was het weer voor deze fase.

Decoraties voor de stuurboordzijde van de romp.

Boeg decoraties: Verwijder voorzichtig onregelmatigheden van de decoraties PD25, PD26, PD53, PD52 en PD21 die we bij dit nummer hebben ontvangen. Schilder de acht decoraties  met een laag grondverf en na droging een goudkleur. Voorzie de decoraties foto 1 (A) PD25, PD21, PD53 en PD52 van kleurtjes zoals is aangegeven in de bouwhandleiding. Bevestig PD25 in hun vakken aan stuurboordzijde van het voorschip doe dat ook met PD26, PD21, PD52 en PD53 foto 1 (B).

Decoraties: Snij decoraties AR1 uit de metalen bouwplaat en lijm het vast op de aangegeven plek. op de punten van de decoraties aan de voorkant en achterkant bij de een staan ze naar beneden en bij andere weer naar boven. Doe dat één voor een met de andere negen decoraties zo kunnen ze niet in de war raken foto 1 (C en D).

Poortdeksels: Neem acht sapeli kleurige poortdeksels 181a en vier zwarte 181b  die we in brouwsessie van nummer 108 gebouwd hebben. Neem de bouwplaat met de dekselscharnieren die we hebben ontvangen bij deel 109 en snij er 24 scharnieren uit, behandel ze met een bruineermiddel of maak ze zwart met verf. Mijn scharnieren zijn behandel met een bruineermiddel foto 2 (A en B). Voorzie elke poortdeksel van twee scharnieren, de bovenkanten zitten in één lijn  met de bovenkant van het deksel en liggen op 1 mm van de zijkanten. Neem het garen van 0,15 mm  voorzie het oog bouten van de deksels van stukjes garen. Bevestig deze met een enkele knoop en borg ze met een druppel lijm. Boor op 5 mm boven elke geschutpoort (die aangegeven zijn in de bouwhandleiding) een gaatjes voor het draadje. Lijm de deksels 181a en 181b aan de opgegeven plekken steek dan het garen in de eerder geboorde gaatjes en borg de draadjes met een druppel lijm. Zorg ervoor dat de stukjes garen strak zitten en de deksels goed recht zitten foto 2 (C en D). 

Gaten boren in de marsen: Neem de onderste mars C5 van de grote mast en zet deze op het boor schema dat we bij nummer 112 hebben ontvangen. Kijk of de zalig goed op de mars zit en de twee gaten voor de masten in de goede richting staan voorbeeld 8 mm hek en 6 mm boeg. Als blijkt dat de zalig niet goed zit verander dan de stand van de zaligen. Mijn zaligen heb ik veranderd   met een correctieformulier dat is te zien in deel  97. Als de mars C5 goed is leg hem dan weer op het boorschema en volg de bouwhandleiding om de  gaatjes af te tekenen en te boren. Doe dat dan ook met de andere marsen foto 3 en 4. 

Let op met het boren van de gaatjes van de bovenste mars C4 van de fokkenmast: De marsen 106, 78 en 97 zijn al gecorrigeerd door DeAgostini  op het boor schema voor de marsen. Maar er staat er nog een verkeerd getekend dat is namelijk  mars C4 het gat van de mars moet niet horizontaal maar VERTICAAL zijn net als de andere marsen (foto 1). Ik heb de mars C4 geplaatst zoals het op de tekening staat, nu blijkt in deel 118 dat de touwen voor het want niet door het ezelshoofd kunnen. Het was makkelijker om gaten vanaf de bovenkant te boren zodat de touwen er door konden (foto 2) dan de mars los te halen en te veranderen. Dus let op met het boren van de gaatjes, zorg ervoor dat de mars C4  goed op de tekening licht, met het gat in de goede richting (VERTICAAL).

Zo dat was het weer voor deze fase.

Latten, kanonnen, scharnieren en een handlijst schema. 

Twee wielen kanonnen:  Bij dit deel hebben we twee kanonnen gekregen maar we hebben er al 24 van en we hebben er maar 24 nodig. Zie ze maar als reserve weet ook niet waar ik ze moet plaatsen. Maak de zijtalies voor de 24 twee wielen kanonnen, zie de stappen 2 t/m 9 van de bouwhandleiding in nummer 104. Plaats de kanonnen op de aangegeven plekken foto 1 (A, B, C en B) 10 stuks voorkasteen, 10 stuks halfdek en 4 stuks op de kampanje. Lijm de kanonnen goed gecentreerd in de geschutpoorten boor aan weerszijde van elke poort twee gaatjes van 0,5 mm, bevestig hier het oogbouten van de zijtalies in. Let op: de twee middelste affuiten van de jaagstukken moeten zich 2 mm van het gat van de fokkenmast bevinden.

Deur: Neem de sapeli lat van 0,5 x 6 x 300 mm die bij dit nummer is geleverd, snij er drie stukken van 22 mm lang af. De drie stukjes hout vormen de deur in het halfdek lijm ze vast en schuur ze dan glad. Snij vier scharnieren uit de bouwplaat die bij dit nummer is geleverd en lijm deze met metaallijm op de deur, 4 mm van de bovenkant en 4 mm van de onderkant foto 2 (A).

Handlijsten van de trap: De handlijst heb ik al in deel 75 gemaakt vond het leuk om het toen te makken foto 2 (B). Neem de lat van 1,5 x 1,5 x 300 mm beits de lat in de gewenste kleur. Neem het schema van de handlijst van de trap die bij dit nummer is geleverd, de maten van het hekje op de tekening zijn in mm (voorbeeld 11,50 is dat 11 mm en 5 tiende). Het zijn de echte maten leg de lat op de tekening snij de delen af en lijm ze in elkaar. Tip: Maak eerst één proef hekje en kijk dan of het past, past het niet pas het dan aan. De hoogte van het schot kan wel eens verschillen van een brouwer, vandaar de tip.

Blokken met tuig: Op het schema dat bij dit nummer is ontvangen staan alle onderdelen met de posities van blokken en tuigen. Het is handig om eerst alle blokken van 4 mm met draad en oogbouten te maken foto 1 (C en D) voor de boegspriet en de mars. In totaal zijn er 24 blokken met oogbouten nodig, waarvan zes met dubbele blokken. Heb eerst de blokken met teak behandel daarna de blokken voorzien van een gaatje van 1 mm. Dan de blokken voorzien van garen 0.5 mm en een oogboud,  bekijk  foto 20 in de bouwhandleiding. Neem de mars C1  voor de boegspriet  boor op de aangewezen plekken aan de onderkant vier gaatjes van 0,5 mm voor vier blokken met oogbouten. Draai de mars om en boor twee gaatje op de aangewezen plekken doe daar ook twee blokken met oogbouten in. Nu is de mars klaar voor montage.

Boegspriet: Neem de onderdelen 173 die bij nummer 98 hebt ontvangen en het onderdelen  CD6 en CD7 die bij nummer 82 geleverd zijn. Schilder de drie ezelshoofden 173 en CD7 zwart en beits de steun CD6 teak. Neem de boegspriet 1A  en maak de woelingen aan de hand van het schema,  met garen van 0,15 mm lijm het uiteinde van de woelingen vast met een druppel lijm. Bevestig dan de steun CD6 aan het dunnere uiteinde, goed uitgelijnd in de middellijn van de stok. Bevestig ook alle oogbouten en blokken aan de boegspriet; neem hierbij nauw lettend de af metingen en posities op de tekening in acht. Lijm de zaling  van de mars C1 in de inkeping, in mijn geval was de inkeping iets te groot daardoor bleef de mars niet goed zitten en kantelde steeds. Heb dat opgelost om de inkeping iets op te vullen met fineer daardoor bleef de mars goed zitten om het perfect uit te lijnen van de boegspriet en de steun. Neem de twee stengen 1B, 1C en het ezelshoofden CD7 en 173 van de boegspriet. Zet de vijf delen in elkaar en lijm ze vast volgens de foto’s en schema’s, zorg ervoor dat de stengen in één lijn staan van elkaar. Lijm het samenstel van de twee stengen in de centrale opening van de mars C1. Breng ten slotte de oogbouten en blokken aan zoals aangegeven op de schema’s. Zo dat was het weer voor deze fase.

Decoraties van de bakboordzijde van de romp, ringen en mast doorvoeren.

Nu is het tijd om een “presentatiestandaard” voor het schip te maken het schip moet stevig in de steun staan en niet meer bewegen. Heb in deel 7 in de valse kiel gekozen om schroefdraad te maken. Was benieuwd of het wel paste, heb het goed gedaan de bouten paste perfect. Heb de steun van DeAgostini gebruikt en de staander verkleind die vond ik te groot en te grof. Op (foto 3) is de boud waar het schip mee vast zit goed te zien.In deze fase is er weer een hoop te doen namelijk; decoraties, oog bouten op het galjoenplatform, poortdeksels, het brouwen van de fokkenmast, grote mast, bezaansmast en boegspriet vastzetten en oog bouten met blokken maken.

Decoraties: Werk de decoraties PD25, PD26, PD53, PD52 en PD21 bij met een vijl en breng een laag grond verf aan. Schilder ze daarna in een goudkleur en breng de witte, rode en zwarte details aan (foto 1), zie nummer 112, stappen 4, 6 en 7. De acht decoraties worden aan de bakboordzijde van de romp aan het voorkasteel (Foto 2) op de aangewezen plekken bevestigd. Maak de decoratie AR1 los uit de metalen bouwplaat dat we hebben ontvangen bij dit nummer (foto 5). Begin aan bakboordzijde met AR1 aan het achterschip dan AR2, zo door tot het voorschip (foto 6). Tip: Het is handig om de decoraties één voor een uit te snijden en te lijmen, dus niet alle delen tegelijk uit snijden anders raken ze door elkaar.

Oog bouten galjoenplatform: Neem tien oog bouten en behandel ze met bruineermiddel of schilder ze zwart. Boor tien gaatjes van 0,5 mm  en 7 mm van elkaar (foto 3) in het midden van de omringende latten van het galjoenplatform, monteer dan de tien oog bouten in de gaatjes.

Poortdeksels: Neem acht sapeli kleurige (181a) en vier zwarte (181b) van de deksels die we in de brouwsessie van nummer 108 hebben voorbereid. Voorzie elke deksel van twee scharnieren en een oog bout en een stukje garen van 0,15 mm. Monteer de acht poortdeksels op de aangewezen plekken (foto 4, 7 en 8).

Bouwen van de masten: Nu gaan we de masten in elkaar zetten en kijken of de onderdelen (marsen, ezelshoofden en zalings) passen, die we gebrouwd hebben in (deel 78, 79, 82, 97, 103 en 106). Gebruik het mastenschema met daarop alle onderdelen van de masten, volg goed de beschrijving in de bouwhandleiding. Ben eerst begonnen met de blokken 4 mm die we in deel 90 hebben gekregen  te voorzien van garen en oog bouten in totaal hebben we 42 blokken en 42 oog bouten nodig. Eerst de bokken schilderen met teak daarna een gaatje boren van 1 mm dan de blokken voorzien van garen en oog bouten (foto 9). Toen de marsen C2, C3, C4, C5, C6, C7, C8 en C9 voorzien van blokken (foto 10). De onderste mast van de  fokkenmast (2A) en onderste mast (3A) van de grote mast (foto 12) voorzien van woelingen  zie het mastenschema. Tip: Leg de marsen opnieuw op het boor schema en voorzie de marsen van een stukje plakband (foto 11) aan de kant van de boeg, zo kunnen de mars niet verkeerd om op de mast komen. Het is belangrijk dat de marsen goed op de masten komen i, v, m de boorgaten.

Correctie: De stand van zalings in nummer 106, 97 en 78 heb ik veranderd  volgens het correctieformulier, te zien in deel 97 op deze website. Ook het ezelshoofd van deel 103 zijn de gaatjes verander van 6 mm en 4 mm naar 4 mm en 3 mm en drie tussenstukjes in de rechthoek van de C3 (zaling) volgens het correctieformulier, te zien in deel 103 van deze website. Na de veranderingen die ik al eerder heb gedaan paste alle onderdelen goed in elkaar.

Boegspriet: Controleer zonder lijm of de boegspriet goed op zijn plaats past, hij moet 48 mm boven het galjoenplatform bevinden. Zo niet lijm dan twee stukjes fineer op 10 mm van de voet van de boegspriet, elkaar overlappend. Door deze stukjes fineer komt de boegspriet in de juiste stand te staan. Bij mij hoefde ik dat niet te doen de boegspriet paste perfect, heb de boegspriet zonder de opvulstukjes vast gelijmd. Zo ziet het model er uit (foto 13 en 14) aan het einde van deze lange brouwsessie.

Decoraties voor de bakboordzijde van de romp en jufferblokken.

Decoraties: Werk de decoraties bij met een vijl en breng een laag primer aan, schilder dan de decoraties PD25, PD26, PD63, PD21, PD48 en PD49 in een goudkleur. Schilder dan de onderdelen PD25,PD63, PD21, PD48 en PD48 in de aangegeven kleuren foto 1 (A). Neem de drie onderdelen PD26 en lijm ze aan bakboordzijde op de aangewezen “vakjes”, doe dat ook met onderdelen PD25, PD21, PD48, PD49 en PD63 foto 1 (B en C). Schilder dan de onderdelen PD21, PD28 en PD25  die we in een vorige brouwsessie hebben  bevestigd in de aangegeven kleuren foto 1 (D).

Korvijnagels: Neem de korvijnagels die we bij deel 84 hebben ontvangen, schilder ze in een gewenste kleur Boor twintig gaatjes van 1, 8 mm op de aangewezen plekken in de handlijst van de verschansing van het voorkasteel. Controleer eerst de diameter van de korvijnagels. Breng ook vier korvijnagels aan in de verschansing van de kampanje op de aangewezen plekken foto 2 (A en B).

Hulpmiddel maken: Hulpmiddel om alle jufferblokken van de hoofdtouwen op dezelfde hoogte te krijgen. Zaag een stukje van 23 mm van een lat van 2 x 5 x 300 mm die we bij een vorig  aflevering hebben ontvangen Boor zes gaten van 0,5 mm in de uiteinden van het stukje lat, bepaal de posities van de gaten aan de hand van foto 22 in de bouwhandleiding. Steek zes van de spijkertjes die zijn overgebleven na het beplanken in de gaten.

Hoofdtouwen: Heb eerst twintig hoofdtouwen van het want van de fokkenmast gemaakt,  met  jufferblokken van 5 mm die we in nummer 97 hebben ontvangen foto 2 (C en D). Volg goed de aanwijzing van de bouwhandleiding om de hoofdtouwen te maken. Steek drie spijkertjes door een jufferblok aan een hoofdtouw en steek de andere drie spijkertjes door het voorste jufferblok van de bakboordrust van de fokkermast. Steek het losse uiteinde van het hoofdtouw door het gat in de mars van de fokkermast en sla het om de ondermast. Trek het garen aan en klem het uiteinde vast, borg het hoofdtouw door het losse uiteinde vast te binden met een stukje zwart garen van 0,15 mm en borg de knoop in het zwarte garen met een beetje lijm. Maak ten slotte het hulpmiddel los van de jufferblokken aan het hoofdtouw en de rust.

Talreep: Nu maken we de talreep tussen de jufferblokken van het voorste hoofdtouw. De talreep wordt gemaakt door een stuk garen van 0,15 mm door de blokken te scheren. Volg goed de aanwijzing op foto 25 in de bouwhandleiding. Trek het garen aan, zodat de twee jufferblokken op 10 mm van elkaar komen te zitten. Bevestig het garen met een knoop boven het jufferblok van het hoofdtouw, borg de knoop met een druppel lijm. Breng op dezelfde wijze het eerste hoofdtouw van de fokkenmast aan stuurboord aan. Let op: Het stuurboordtouw loopt ter hoogte van de mars over het bakboordtouw dat hiervoor is aangebracht. Gadoor aan bakboord voor het volgende hoofdtouw, dan weer stuurboord. Dus om en om tot alle hoofdtouwen aan de fokkenmast zitten. Zorg er voor dat de afstand tussen de jufferblokken telkens 10 mm is foto 3 en 4. Zo dat was het weer voor deze fase.

Decoraties voor de romp, jufferblokken, berkenhouten latten en katoenen garen.

Decoraties: Werk de decoraties PD25, PD26, PD63, PD21, PD48 en PD49 bij met een vijl. Voorzie ze van een laag metaal grondverf schilder ze na droging in een goudkleur. Schilder de onderdellen PD25 en PD63 als ze droog zijn van hun witte en zwarte details. Schilder ook de onderdelen PD21, PD48, en PD49 goudkleurig en voorzie ze van witte, rode en zwarte details foto 1 (A en D). Bevestig PD26, PD25, PD63, PD21, PD49 en PD48 aan stuurboord op de aangegeven plekken foto 1 (B en C).

Hoofdtouwen: Nu maken we de hoofdtouwen van de grote mast aan weerszijden van de romp. Gebruik hiervoor de jufferblokken van 5 mm die bij deel 97 hebt gebeitst en het bruine garen van 0,5 mm en het garen van 0,15 mm. Heb eerst vierentwintig hoofdtouwen gemaakt voor de grote mast Foto 2 (A) toen twaalf voor de bezaansmast. Ga op dezelfde wijze te werk als bij de hoofdtouwen van de fokkenmast (deel 115). Breng op de zelfde wijze aan weerzijden de hoofdtouwen van de bezaanmast aan Foto 2  (B).

Dwarsbalken: Neem de drie latten van 1,5 x 1,5 x 300 mm die bij dit nummer geleverd zijn, schuur ze glad en voorzie ze dan van een laag sapeli kleurige beits. Snij twee stukken lat af; twee van 62 mm (191), twee van 85 mm (192) en twee van 37 mm (193). Hiervan worden de dwarsbalken onder de weeflijnen gemaakt. Lijm de latten 191, 192 en 193 op de aangewezen plekken versterk dan de verbindingen tussen de balken en hoofdtouwen door een kruislingse knoop foto 1 (C).

Spreiworsten: De spreiworsten worden ook van de latten 1,5 x 1,5 x 300 mm gemaakt. Snij twee van 19 mm (194) twee van 20 mm (195) en twee van 13 mm (196). Lijm 194 aan bakboord en stuurboord aan de hoofdtouwen van de fokkenmast, 150 mm boven en parallel aan de rust foto 2 (D). Zorg ervoor dat de hoofdtouwen op gelijke afstanden van elkaar aan de spreiworst vastzitten. Knoop tenslotte met garen van 0,15 mm de hoofdtouwen vast aan de spreiworst. Doe dat ook met 195 aan weerszijden van de grote mast en met 169 aan weerszijden van de bezaansmast.

Weeflijnen: Maak met garen van 0,15 de weeflijnen in de hoofdtouwen aan weerszijden van de masten foto 3. Het garen moet per hoofdtouw worden vastgeknoopt met een mastworp, zoals op foto’s 21 in de bouwhandleiding. De weeflijnen moeten parallel aan elkaar lopen, tekens op 5 mm van elkaar. Er bestaat  ook een andere, eenvoudigere manier om weeflijnen te maken foto’s 23 in de bouwhandleiding. Neem voldoende lange stuk garen van 0,15 mm en lijn het vast op de hoofdtouwen. Maak dan bij elke hoofdtouw een eenvoudige kruislingse knoop rond elke weeflijn, borg de knoop met lijm en snijd overtollig garen af. Zelf heb ik gekozen  om de weeflijnen vast te maken met  een mastworp afbeelding 21 in de bouwhandleiding. Dat ging sneller dan al die knoopjes te maken, was een kwestie van rijgen met knoopjes. Heb een stukje lat genomen van 5 mm daarmee controleerde ik steeds de afstonden tussen de weeflijnen.

Zwichtingen: De zwichtingen worden aangebracht aan de spreiworsten boven aan de hoofdtouwen. Neem een stuk bruin garen van 0,5 mm en sla de uiteinden achteraan rond de spreiworsten. Houd het bruine garen onder spanning, breng dan aan weerszijden een takeling van garen van 0,15 mm aan foto 4.

Zo dat was het dan van deze lange brouwsessie.

Decoraties voor de romp, jufferblokken en katoenen garen.

Decoraties: Neem het koperen bouwplaatje die bij dit nummer hebt ontvangen. Schilder de decoraties in een goudkleur in de bouwplaat. Snij de decoraties B1, B2, B3, B4,  en B5 een voor een uit en lijm ze op de aangegeven plekken aan bakboordzijde. Onderdelen Z1 t/m Z6 moeten op de onderdelen PD25 worden gemonteerd (foto 1  B en C), die bij eerdere brouwsessies zijn aangebracht aan bakboordzijde (foto 1). Laat onderdeel Z4 nog in de bouwplaat vastzitten wordt later gebruikt, bewaar het goed.

Puttingwant: Neem de jufferblokken van 4 mm die bij nummer 115 en 116 hebt ontvangen, schuur ze en boor de gaten na met een boortje van 0,8 mm en schilder ze in een gewenste kleur. Neem het bruine garen van 0,5 mm en knip er 30 stukken van 110 mm van af. Bind een jufferblok van 4 mm aan een uiteinde van elk stuk garen en maak een takeling met garen van 0,15 mm, volgens de afmetingen op foto 9 in de bouwhandleiding. De 30 stukken garen met jufferblokken vormen het puttingwant en worden aangebracht in de gaten in de handlijsten van de onderste marsen van het model. Steek het losse uiteinden van de puttingwand van bovenaf door de gaten in de handlijsten aan de zijkanten van de fokkenmars en trek ze door. Bevestig ze op gelijkmatige afstanden aan de spreiworst, met takelingen van garen van 0,15 mm, zorg er wel voor dat het garen wel met lijm in de gaten vast zit. Doe dat ook bij de grote mast en de bezaansmast (foto 2).

Hoofdtouwen: Knip 10 stukken garen van 0,5 mm af, elk van 220 mm lang (voor de fokkenmast en grote mast) en 8 stukken van 120 mm lang (voor de bezaansmast). Voorzie elk stuk van een jufferblok van 4 mm en een takeling (foto 3). Tip: (Vond de marsstrengen te kort voor de fokkenmast en grote mast heb ik 250 mm lang gemaakt en voor de bezaansmast 124 mm). Maak een hulpmiddel om de jufferblokken op één hoogte te brengen. De werkwijze voor het aanbrengen van het want van de strengen is dezelfde als beschreven in de bouwhandleiding van nummer 115 (foto 4 en 5).

Weeflijnen: Begin met de weeflijnen van het puttingwant en het want van de fokkersstreng. Volg één van de twee methoden zoals beschreven in stappen 21 en 23 in nummer 116. Neem de afmetingen op de foto in acht. Zelf heb ik gekozen  om de weeflijnen vast te maken met  een mastworp afbeelding 21 in de bouwhandleiding. Maak op dezelfde wijze de weeflijnen van het puttingwant en het want van de groot marssteng en de kruissteng (foto 7 en 8).

Spreiworsten: Heb ook spreiworsten aangebracht in de drie masten, wordt niet beschreven  maar vond het makkelijk  om de touwen vast te kunnen maken. Voor de volgende puttingwant (foto 6)

Bewaar de jufferblokken van 3,5 mm die bij dit nummer hebt ontvangen.

Zo dat was het weer van deze lange sessie.

Decoraties voor stuurboordzijde van de romp, halve schietbuizen, jufferblokken en een bamboe stok.

Decoraties: Neem het koperen bouwplaatje die bij dit nummer hebt ontvangen. Schilder de decoraties in een goudkleur in de bouwplaat (foto 1). Snij de decoraties B1, B2, B3, B4, en B5 een voor een uit en lijm ze op de aangegeven plekken aan stuurboordzijde (foto 2). Onderdelen Z1 t/m Z6 moeten op de onderdelen PD25 worden gemonteerd, die bij eerdere brouwsessies zijn aangebracht aan stuurboordzijde (foto 5 en 6). Laat onderdeel Z4 nog in de bouwplaat vastzitten wordt later gebruikt, bewaar het goed.

Halve schietbuizen: Neem de zes halve schietbuizen die bij deze levering geleverd zijn, verwijder eventuele onregelmatigheden met een vijl. Schilder de schietbuizen in een gewenste kleur of gebruik een bruineer middel zoals ik heb gebruikt,  om de schietbuizen oud te laten lijken. Neem de bamboe stok van 2 x 300 mm die bij dit nummer geleverd zijn. Snij er zes stukken van tien mm lang van af, lijm dan de zes stokken (170a) in de achterkant van de schietbuis(170) foto 3. Tip: Maak een mal van de kanonsgaten bij mij waren de kanonsgaten 9 mm x 9 mm. De mal heb ik 25 mm lang gemaakt en in de kop een gaatje geboord door de mal heen van 2 mm (zie deel 98). Lijm de zes schietbuizen in de achter geschutpoorten aan bakboord op de aangegeven plekken (foto 4).

Puttingwant: Neem de jufferblokken van 3,5 mm die bij nummer 117 en 118 hebt ontvangen, schuur ze en boor de gaten na met een boortje van 0,9 mm en schilder ze in een gewenste kleur. Neem het bruine garen van 0,5 mm en knip er 22 stukken van 80 mm van af. Bind een juffer blok van 3,5 mm aan een uiteinde van elk stuk garen en maak een takeling van 3 mm met garen van 0,15 mm, volgens de afmetingen op foto 20 in de bouwhandleiding.

Takeling maken: 

                                                                 De 22 tukken garen met jufferblokken vormen het puttingwant en worden aangebracht in de gaten in de hand lijsten van de middelste marsen van het model. Steek de stukken garen van de putting wand van bovenaf door de gaten in de hand lijsten aan de zijkanten van de middelste mars van de fokken mars en trek ze door, zorg er wel voor dat het garen wel met lijm in de gaten vast zit. Bevestig ze op gelijkmatige afstanden aan de spreiworst, met takelingen van zwart garen van 0,15 mm, Doe dat ook bij de middelste mars van de grote mast en de bezaansmast (foto 7 en 8).

Hoofdtouwen: Knip 16 stukken garen van 0,5 mm af, elk van 100 mm lang (8 voor de fokkenmast en 8 voor de  grote mast). Voorzie elk stuk van een juffer blok van 3,5 mm en een takeling van 3 mm. De werkwijze voor het aanbrengen van het want van de strengen is dezelfde als beschreven in de bouwhandleiding van nummer 115. In een volgende brouwsessie wordt het bovenste want van de bezaansmast gemaakt (als het vlaggenmast is gemaakt).

Weeflijnen: Voorzie het want en het puttingwant van de fokken en grote mast van weeflijnen, volg één van de twee methoden zoals beschreven staat in de stappen 21 en 23 in nummer 116. Zelf heb ik gekozen  om de weeflijnen vast te maken met  een mastworp afbeelding 21 in de bouwhandleiding. Neem de afmetingen op de foto 26 en 27 in acht. Voorzie op dezelfde wijzen het puttingwant van de kruismars steng (foto 9 en 10).

Zo dat was het weer voor deze fasen.  

Drie verschillende soorten garen, halve schietbuizen en juffer blokken.

Halve schietbuizen: Neem de zes halve schietbuizen die bij deze levering geleverd zijn, verwijder eventuele onregelmatigheden met een vijl. Schilder de schietbuizen in een gewenste kleur of gebruik een bruineer middel zoals ik heb gebruikt,  om de schietbuizen oud te laten lijken. Neem de bamboe stok van 2 x 300 mm die bij nummer 118 geleverd is. Snij zes stukken van tien mm lang af, lijm de zes stokken (170a) in de achterkant van de schietbuis(170) foto 1.

Ra’s makken: Neem het schema van de masten die we bij aflevering 113 hebben ontvangen, aan de achterkant zijn de ra’s getekend, . Om te beginnen die van de boegspriet bij elke ra staat een identificatiecode (V1 of V2) lengte, diameter en positie en het soort blokken wat gebruikt moet worden. Op een andere schema zie je de positie van de ra’s aan iedere mast foto 2. Neem de overgebleven stokken van de brouwsessie van nummer 111. Op foto 6 in de bouwhandleiding staat aangegeven op welke punten de stokken moeten worden doorgezaagd. Volg de afmetingen op de schema’s, verjong het uiteinden van elke ra, beits de ra’s ten slotte sapeli kleurig en voorzie ze dan van een bescherm laag blanke lak satijn. Voor de tuigage van de ra’s hebben we een aantal blokken nodig. Namelijk 63 blokken van 4 mm met een gat, 14 blokken van 4 mm met twee gaten en 4 vioolblokken van 7 mm. Voorzie nu de ra’s van hun blokken, maak de stroppen rond de blokken door een stuk garen van 0,25 mm rond elk blok te slaan foto3. De stukken garen worden daarna aan de ra’s geknoopt op de punten die op het schema zijn aangegeven. Lijm wel het garen na controle vast aan de ra’s. Ra’s foto 3 boegspriet V1 en V2, fokkenmast V3, V4, V5 en V6, de grote mast V7, V8, V9 en V10 en de bezaansmast V11, V12, V13, en V14.

Zo dat was het weer voor deze fazen.

Meer decoraties voor de romp, zijdeur voor bakboordzijde en berkenhouten latten.

Decoraties: Neem decoraties PD54 t/m PD60 en kozijndelen PD64a, PD64b en PD64c die bij dit nummer geleverd zijn en werk ze bij met een vijl. Breng een laag metaal grondverf aan en schilder de delen goudkleurig. Voorzie onderdelen PD55, PD57 en PD59 van zwarte en witte details (foto 1). Lijm de zeven boeg decoraties PD54 t/m PD60 op de aangegeven plekken aan de bakboordzijde van het galjoen (foto 5). Neem kozijndelen PD64a, PD64b en PD64c en lijm ze aan elkaar en schilder het in een goud kleur. Schilder na droging de delen in bas-reliëf van de voltooide deur(PD64) zwart. Bewaar de deur ’PD64’ voor latere montage. 

Schuurlijsten: Neem één van de twee latten 2 x 2 x 300 mm die bij dit nummer geleverd zijn, geef de lat een sapeli kleur. Identificeer op de foto 8 van de bouwhandleiding de geschutpoort midscheeps aan de bakboordzijde van het model. Meet de af stand tussen het berghout en de lijst, bij mij was het 38 mm. Snij twee gelijke stukken met een lengte gelijk aan de afmeting die in stap 9 is genomen af van de lat die we in stap 7 hebben geschilderd. Meet de afstand tussen de twee middelste romp lijsten en vijl dan twee inkepingen van 2 mm breed in de twee delen “198”op dezelfde afstand als die tussen de romp lijsten. Let op vijl voorzichtig als de schuurlijsten passen maak dan het hout nat en buig het voorzichtig op een klein blikje met een kaarsje in de vorm van de romp (foto 2). Lijm de schuurlijsten van de bakboordzijde aan weerszijden van de geschutpoort op de aangewezen plekken (foto 6). Zorg er wel voor de schuurlijsten 26 mm van elkaar staan. Breng op dezelfde manier de twee schuurlijsten aan stuurboordzijde (foto 7).

Trappen: Neem een lat van 2 x 2 x 300 mm en neem het profielhulp die bij aflevering 73 hebt ontvangen. Op foto 3 zien we de uitsparing van het profielhulp die gebruikt moet worden. Schraap het hulpmiddel met de gekozen uitsparing meermaals met lichte druk over de lat en geef de lat zo gaandeweg het gewenste profiel (foto 4). Heb de trap aangepast; kon de twee bovenste treden niet plaatsen en de treeën van 18 mm waren te kort. Heb een lange tree gemaakt en zes korte treeën in plats van zeven treeën (foto 6 en 7).

Zo dat was het weer voor deze fasen.